Student en Sport: Lars Scheenstra. Prestaties boven een nachtje doorhalen
Deze dik twee meter lange schaatser/skeeleraar stond twee weken geleden nog bij het NK sprint op De Coolste Baan van Nederland in het olympisch stadion, de maandag erop gewoon weer aan de studie. Lars Scheenstra weet topsport uitstekend met zijn studie Sociologie aan de RUG te combineren.
De 20-jarige student was in eerste instantie begonnen met Psychologie aan de Open Universiteit, maar vond dit eigenlijk maar kut. Hij vertelt: ‘Het schoot gewoon niet op, open studie dus geen colleges niks, gewoon weinig stok achter de deur.’ Nu zit hij in het tweede jaar van Sociologie aan de RUG en heeft Lars hierbinnen de topsport-status verkregen. Dit houdt in dat hij zijn propedeuse in prinipe binnen twee jaar moet halen. In zijn eerste jaar aan had hij dus aan 35 punten genoeg.
Twaalf keer: de ene student pakt iedere avond gemiddeld zo vaak een flesje vloeibaar goud uit een kratje, voor de ander is dit het aantal keer trainen per week. Lars doet beide, want bier bevat veel koolhydraten en dat is goed voor de spieropbouw. Nee grapje. Zijn trainingsschema is goed voor een totaal van ongeveer 24 uur per week: ‘twee keer per dag trainen, behalve op zondag eigenlijk’. Dit is voor veel gelovigen een rustdag waarop dus ook niet getraind dient te worden, hier is het hem echter niet om te doen. Hij legt uit: ‘gewoon even rust voor het begin van de volgende week.’ Van een echt studentleven, met veel zuipen, is geen sprake. Lars vertelt: ‘Ja, soms is het wel jammer, maar ook deze kans krijg je alleen als je jong bent en is voor veel minder mensen weggelegd dan gewoon studeren. Ik zou de topsport er niet voor willen opgeven. Een keer een nachtje doorhalen heeft zo’n groot effect op prestaties dat dat het al een stuk minder leuk maakt.’
Als Groningse student zit hij niet op kamers in Groningen, maar woont hij met twee Australische medeschaatsers in de schaatshoofdstad van Nederland, Heerenveen. Naast zijn twee medebewoners had hij ook huisdieren, zestien welteverstaan. Zestien vissen. Dit was echter van korte duur, de topsporters hadden namelijk niet door dat de waterfilter van het aquarium kapot ging. Voordat men dat in de gaten had was het al te laat, de WC kon z’n bijbaan als vissenkerkhof weer eens vervullen. Met vrouwen schijnt hij beter om te kunnen gaan: ‘Daar draagt het op hoog niveau sporten ook aan mee, dat maakt vaak wel indruk.’ Of hij hier wel eens een beetje misbruik van heeft gemaakt, ontkent hij echter stellig.
Waar hij het meest trots op is? Europees kampioen skeeleren op de ‘vijf kilometer aflossing’ afgelopen zomer. Deze reed hij met de, nu voor velen bekende, Michel en Ronald Mulder. Het jaar daarvoor won hij zilver en brons op het wereldkampioenschap skeeleren bij de junioren. Het voornaamste doel is wereldkampioen worden met skeeleren. ‘Skeeleren vind ik ook het leukst.’
Hiermee sluiten we af, er moet weer getraind worden. Mountainbiken met een graadje of twintig in de zon door het Drentse landschap. Van ’t weekend weer een trainingskamp in Italië. Afzien dat topsporten.