In gesprek met een topsporter: Roeier Rutger Bianchi
Rutger Bianchi is er een beetje ingerold: beginnend met een studie Biologie in Groningen lokte de sportieve gezelligheid hem naar Aegir. Nu, een paar jaar verder, traint hij negen keer per week, heeft hij een topsportregeling bij de Rijksuniversiteit Groningen en komt zijn doel steeds dichterbij: geselecteerd worden voor de lichte WK-8 voor de wereldkampioenschappen roeien in augustus in Amsterdam. De Studentenkrant sprak met deze, nog onbekende, Groningse topsporter.
‘Ik was hier vijf jaar geleden aangekomen en ik kende nog niemand in de stad, dus ik ging bij Aegir, beetje drinken, beetje roeien, et cetera..’, vertelt Rutger, die net is terug gekomen van een trainingskamp in Porto. Wat begonnen is als een hobby om de broodnodige lichaamsbeweging te krijgen, is uitgemond in een levensstijl.‘Ik ben begonnen in een competitieploegje, maar wilde eigenlijk gewoon voor mijn studie gaan. In het eerste jaar heb je een wedstrijd en daarna een feest en dan zit je de volgende dag weer brak in die boot. We kregen een hele leuke ploeg, waar ik nu nog steeds bevriend mee ben en in het tweede jaar merkte in dat we best leuk hadden meegedraaid in de competitie.’ De 22-jarige student merkt op dat hij in deze periode steeds vaker ging trainen en dat de drang naar wedstrijdroeien groter werd. ‘We trainden toen inmiddels al vijf keer per week, dus dat begint al tegen het fanatieke aan te zitten. In mijn derde jaar merkte ik dat ik het zonde vond elke keer te gaan drinken, omdat je dan je conditie opbouwt en na het drinken ben je het weer kwijt.’
Rutger vertelt dat hij na een sterk tweede jaar wedstrijdroeien is ingestroomd bij het Regionaal Talent Centrum. ‘Deze RTC’s nemen over heel Nederland roeiers op waarin zij potentie zien en waarmee zij verder kunnen. Na zo’n RTC is de volgende stap om bijvoorbeeld bij de bond te gaan roeien, dus voor Nederland uit te komen.’ Hij vertelt dat het zijn doel is om zich te selecteren voor de lichte WK-8. De eisen voor deelname aan een wedstrijd zijn streng: ‘‘Licht’ is zeventig kilo gemiddeld en je mag maximaal 72,5 zijn. Als je te zwaar bent, dan ben je gewoon gediskwalificeerd.’ Rutger moet over een aantal weken weer op gewicht zijn, maar aan discipline lijkt het hem niet te ontbreken. ‘Ik was bijvoorbeeld twee weken geleden nog 78 kilo en ik moet over vijf weken 70,5 kilo wegen, maar dat lukt wel. Over de jaren die je roeit doe je daar ervaring mee op.’
Combinatie
De topsportstatus die Rutger heeft bij de universiteit geeft hem wat extra adem om het sporten goed te combineren met zijn studie. ‘Je kunt compensatie aanvragen voor dingen. In de zin van: belangrijke wedstrijden gaan vóór een tentamen, dus dan ga je naar je coördinator en die gaat er voor zorgen dat je het tentamen wel kunt maken, maar dan bijvoorbeeld op een andere dag.’ In de eerste twee jaar van het wedstrijdroeien, toen hij de talentenstatus nog niet had, moest hij veel missen. Hierdoor heeft hij een jaartje extra over zijn bachelor gedaan, maar dat is studenteigen. ‘Je gaat van vijf, naar zeven, naar negen keer trainen per week. In combinatie met je studie is dat wel een beetje de afweging die je moet maken.’ Aan het begin van het jaar begon de roeier aan zijn onderzoek, wat best tijdrovend was: ‘Je moet elke dag naar de faculteit om daar je vogels te verzorgen, in mijn geval, want ik werk daar met zebravinkjes en ik doe onderzoek naar vogels.’ Rutger is bezig met zijn master en hij merkt op dat wel zwaar is om de studie te combineren met het trainen. ‘Als ik ’s ochtends ga trainen, fiets ik daarna van Aegir naar Zernike in 25 minuten en ’s avonds na mijn studie ga je dan nog een keer trainen. Als je gaat wedstrijdroeien, moet je wel een deel van je sociale leven opgeven.’