Interview

Een beetje van alles. Robin: styliste, danseres, hovenier, man en vrouw

Met haar androgyne uiterlijk, hoge hakken en lange nagels is Robin een opvallende verschijning in Groningen. De Studentenkrant sprak met haar over hoe de omgeving reageert op ‘aparte mensen’, haar studententijd, en haar eigen bedrijfje.

skRobin2

[dropcap]R[/dropcap]obin komt uit Groningen, en heeft zo’n beetje overal gewoond: van Groningen tot Berlijn tot Londen. Uiteindelijk is ze nu weer terug in Groningen. ‘Ja, er gaat niets boven Groningen.’ Robin heeft lang bruin haar, een brede kaaklijn en lange rode nagels die al achtenhalf jaar hebben doorgegroeid (totdat ze afbraken, nu draagt ze namaak omdat ze niet meer zonder de lengte kan). Ook draagt ze stilettohakken om U tegen te zeggen. Medisch gezien is ze een hermafrodiet. ‘Veel mensen noemen me travo, homo, transseksueel of roepen andere beledigingen naar me. Ik ben allebei, man en vrouw.’ Ze vertelt lachend over de keer dat een klein meisje van vier aan haar vroeg ‘wat’ ze was. Robin zei tegen haar dat ze het allebei was. ‘Toen zei ze: dan ben je een asjemenou. Geen man, geen vrouw maar een asjemenou. En dat vond ik zo lief. Een dag later had ze een tekening gemaakt met daarop: geen hij, geen zij maar een zhij.’ De term zhij heeft Robin erin gehouden.

Over hoe haar lichaam biologisch in elkaar steekt, wil Robin niet te veel kwijt. ‘Ik vind het niet zo belangrijk om daarover te praten, ik wil het meer hebben over wie ik ben dan wat ik ben. Zeker als je dat in een krantje zegt, gaan mensen hun eigen dingen ervan denken. Dat het niet waar kan zijn, dat het niet waar mag zijn. Die negativiteit krijg ik uiteindelijk weer terug, en dat wil ik niet.’ Dit lijkt ons een terecht punt.

De mensen in haar omgeving reageren vaak op verschillende manieren op Robins uiterlijk. ‘Jongere Nederlandse mensen accepteren me vaak gewoon. Soms vragen ze er in het begin even naar, dan weten ze het, en daarna word ik vaak met rust gelaten.’ Ze zegt ook dat ongeveer alle vrouwen normaal tegen haar doen, en dat de meeste opmerkingen en negativiteit wegkomt bij mannen. Op de vraag waarom specifiek mannen zich zo bedreigd door haar voelen antwoordt ze: ‘Ik heb het zelf waargenomen. Ik heb psychologie gestudeerd, en de lerarenopleiding gedaan en ook daarin heb ik geregistreerd dat de negativiteit vooral bij mannen wegkomt.’ Ze gelooft dat mannen meer bewijsdrang hebben, terwijl vrouwen veel socialer met elkaar omgaan. ‘Het vaak strakke referentiekader van mannen is heel snel bedreigd. Ze kunnen dan niet goed omgaan met alles wat buiten hun referentiekader valt. Dat hebben ze niet geleerd, en daar hebben ze geen makkelijk antwoord voor, behalve dan uitlachen of beledigingen roepen.’

Over studeren gesproken, dat heeft Robin behoorlijk veel gedaan. Ze heeft een aantal Landschapsopleidingen waardoor ze nu Vakbekwaam Hovenier is. Daarna heeft ze de lerarenopleiding gevolgd, en Biologie gestudeerd in Groningen. Daarnaast is ze nagelstyliste, grimeur, visagiste, theatraal danser, décorbouwer en leert ze vrouwen op hoge hakken te lopen. Daarnaast heeft ze haar verhaal opgeschreven in een document van 3.780 bladzijden. Ondertussen heeft ze ook nog door heel Europa gereisd, en is ze in haar eentje van Lapland naar Groningen (3.755 kilometer) getrokken. ‘Ik wilde de wereld verkennen. En ik kon niet vanuit huis lopen, dus ik ben er met de trein heen gegaan, en ben terug naar huis gelopen als een paard dat de stal ruikt.’

Het vaak strakke referentiekader van mannen is heel snel bedreigd. Ze kunnen dan niet goed omgaan met alles wat buiten hun referentiekader valt.

Anders heeft Robin zich nooit gevoeld. ‘Het zijn andere mensen geweest die tegen mij zeiden dat ik anders was. Zelf heb ik dat nooit zo gevoeld.’ Het maakt haar ook niets uit hoe andere mensen eruit zien. ‘Het maakt mij niet uit of je pimpelpaars bent met gele streepjes, zestien geslachten hebt, of van Mars komt. Het interesseert me niet. Zolang je normaal, vriendelijk en sociaal bent, dan maakt het mij niet uit. En zo zou iedereen er eigenlijk over moeten denken.’

De periode waarin ze zich het meeste gediscrimineerd voelde over wie ze was, was in de puberteit. Toen begon haar vrouwelijkheid zich te ontwikkelen, en ging zij ertegenin. Door middel van medicatie probeerde ze er wat mannelijker uit te gaan zien. De laatste jaren ondervind ze ook nog wel discriminatie, maar nu is Robin beter in staat om zich uit te leggen aan ander mensen, en ze wordt daardoor vaker met rust gelaten.

We komen ook nog op het punt van Robins naam: een naam die op beide geslachten van toepassing is, en die ze van haar moeder heeft gekregen. Robin legt uit welke vier betekenissen haar naam heeft: ‘robijn, roodborstje, zo sterk als een beer, en guitige plaagzieke kabouter.’ De laatste is haar favoriet. Ze heeft nooit de behoefte gehad om haar naam te veranderen, zoals dat veel gebeurd bij transseksuelen in transitie. ‘Nee, ik ben gewoon lekker mezelf en ik zie wel hoe het verder loopt.’

Ondanks alle uitingen en bedreigingen die tegen haar gedaan zijn, komt Robin over als een heel vrolijk en positief persoon. ‘Ja, dat zie ik zo’, antwoordt ze. ‘Ik draag echt, net als iedereen, mijn bitterheid met me mee. Maar ik probeer eroverheen te stappen en de leuke dingen te zien in het leven. En dat komt vanzelf wel. Probeer gewoon elke dag iets goeds te doen, hoe klein ook. Ook al geef je een bejaarde in het winkelcentrum even iets aan waar hij niet bij kan, of hou je even de deur voor iemand open, of lach je even vriendelijk naar iemand als hij langsloopt.´ Trots is ze ook op het feit dat ze, na vier jaar dakloos te zijn geweest, weer een eigen huisje heeft. ‘Ik heb mijn spulletjes weer om me heen, ik heb mijn boeken weer om me heen en het leven kan weer beginnen.’

In de toekomst heeft Robin twee grote doelstellingen: haar eigen bedrijfje van de grond krijgen, een relatie aangaan en een gezinnetje stichten met een goede vriendin. ‘Een eigen, normaal bestaan. En ik hoef echt niet rijk te worden, zo lang ik maar geen financiële zorgen meer heb, die heb ik gewoon te lang gehad. En het liefst wil ik een klein huisje aan de rand van de stad hebben, met een tuin erbij. Ik hoop dat wanneer ik mijn bedrijfje weer van de grond krijg, dat ik daar genoeg uit kan halen om m’n eigen dingen te doen.’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.