Wat voor soort student ben jij?
Student zijn kan op allerlei verschillende manieren. Wij van de Studentenkrant zijn over het algemeen geen hokjesdenkers, maar soms is jezelf te stereotyperen toch wel een beetje erg leuk. Van je elke avond helemaal klem zuipen in de kroeg tot elke dag een bezoekje brengen aan de sportschool, met de onverantwoordelijkheden en vrijheden van een student kan het allemaal. Wat voor student ben jij?
1. Je hebt morgen een tentamen. Wat doe jij de avond van tevoren?
A. Je gaat nog even de kroeg in voor een biertje. En misschien wel iets meer dan één. Onder het motto van: een avond kun je niet over doen, een tentamen wel.
B. Je leest je zelfgemaakte samenvatting van alle artikelen nog één keer door en kruipt op tijd onder de wol.
C. Je flanst een gezonde maaltijd in elkaar die jou genoeg energie geeft om dat tentamen te knallen morgen. En uiteraard neem je alles nog een keertje door.
D. Fuck, fuck, fuck, de UB gaat zo dicht en je moet, geheel per ongeluk, nog alle artikelen lezen. Dan maar thuis verder. En morgen de wekker hééél vroeg zetten.
2. Je hoeft morgen he-le-maal niks te doen – 0,0 verplichtingen – wat doe jij?
A. Op zoek naar een mooi feessie uiteraard. Je trommelt je vrienden op en zorgt ervoor dat vanavond de alcohol rijkelijk zal vloeien.
B. Zittend aan je bureau lees jij je alvast in voor de colleges van volgende week – een voorbereide student telt voor twee.
C. Je gaat lekker veel sporten vandaag – daar heb je nu alle tijd voor. In de ochtend op tijd op staan en hup de sportschool in, en ’s avonds nog een keertje. Ook ga je uitgebreid koken – maar natuurlijk wel gezond.
D. Héééérlijk netflixen, of gamen, de hele dag lang. Chillend in je bed breng jij je vrije dag door – en je bestelt uiteraard je eten. Naar de supermarkt lopen, daar heb je nu echt geen puf voor.
3. ’s Ochtends om 9 uur college. Ga jij?
A. Hangt ervan af of je de avond ervoor op stap bent geweest. Grote kans van wel, dus hoogstwaarschijnlijk ben je er niet. Maar soms heb je van die dagen dat je jezelf opeens uit bed weet te slepen. Bijvoorbeeld als je de les écht niet mag missen.
B. Natuurlijk, geen twijfel over mogelijk. Je zet de wekker mooi op tijd zodat je de Powerpoints nog even voor de les kan doorklikken – weet je in ieder geval wat me te wachten staat.
C. Ja, zeker wel. Je zet je wekker mooi op tijd zodat je nog even kan sporten en een havermoutontbijtje in elkaar kan te flansen voordat je fit en fruitig in college zit.
D. Eh, nee. 9 uur is echt te vroeg. Ik draai me mooi nog een keer om.
4. Sport je vaak?
A. Af en toe, als je echt het gevoel hebt dat dat bierbuikje iets te erg wordt.
B. Studie gaat voor, maar een uurtje sporten maakt je koppie leeg en zorgt ervoor dat je je daarna weer beter op de stof kan concentreren. En dus sport je regelmatig – 2 of 3 keer per week.
C. Zeker, dagelijks. Sporten vindt je heerlijk, en dus ben je elke dag aan het gewichtheffen/fietsen/hardlopen/voetballen/aclo’en/wat je ook leuk vindt.
D. Eh nee. Doe ik wel weer als ik student af ben.
5. Je hebt je verslapen voor college. Wat doe je?
A. Verfomfaaid en met een kleine kater app je even in de groepsapp van je studiegenootjes dat naar de dokter bent en of ze dat aan de docent willen doorgeven. Je bent toch niet zoveel waard.
B. In paniek sta jij op en maakt je zo snel mogelijk klaar – misschien redt je het toch nog. Ook mail je je docent een heel net mailtje inclusief duizend excuses en app je je studiegenootjes voor de zekerheid ook nog even (“ik ben iets later, kunnen jullie dat aan de docent doorgeven?”).
C. Verslapen? Ha, je ritme is zo goed dat je uit jezelf om 7 uur ’s ochtends wakker wordt. Aangezien je dagelijks vroeg op staat – ’s ochtends vroeg hardlopen is heerlijk om wakker te worden – ben jij niet in staat om je te verslapen voor je college.
D. Verslapen? Ha, je was toch al niet van plan om te gaan. Prinsheerlijk blijf je liggen en laat niks van je horen – dat deed je de afgelopen 8 keer dat je om 12 in plaats van 8 uur wakker werd toch ook al niet.
6. Hoeveel tijd steek jij in je studie?
A. Uurtje of 3-5 per week. Soms even een opdrachtje in elkaar flansen, of een artikeltje lezen. Maar je echt in de literatuur verdiepen, neh. Hopelijk haal je dat tentamen.
B. Zoveel mogelijk. Je leest alles, bereidt alles tot in de puntjes voor en zorgt ervoor dat je eigenlijk al weet wat de docent gaat vertellen als je het college binnenwandelt.
C. Genoeg om met een prima cijfer dat tentamen te halen. Maar je wilt ook nog wat tijd overhouden om lekker te sporten, of te chillen.
D. Eh, niks. Je duikt alleen de avond voor het tentamen even de UB in, maar over het algemeen investeer je geen enkel moment van je tijd in je studie.
7. Wat voor avondmaaltijden eet je over het algemeen?
A. Wat er op tafel komt te staan. Meestal eet je met een groep vrienden, dus dat hangt af van wat iedereen wil eten. In ieder geval komt na het eten het bier en de chips op tafel.
B. Iets voedzaams, pasta ofzo. Zorgt ervoor dat je niet met een rammelende maag in de UB zit.
C. Havermoutje ’s ochtends, ’s middags een quinoa salade en in de avond springrolls met gestoomde groenten en gekruide tofu. Of zoiets.
D. Pizza, patat, pannenkoeken… als het maar te bestellen is, of 5 minuten kost om te maken.
Meeste a – de feestende student
Feestje hier, feestje daar… Jij bent vele avonden van je studententijd in de kroeg te vinden, met een biertje in je hand, springend en dansend op de Nederlandstalige muziek. Morgen om 9 uur college? Maakt niet uit, dat ene feestje wil je niet missen. Gewoon gaan. De kater, die merk je pas later. Jouw levensmotto: student ben je maar één keer. En dus mag je ervan genieten. Hoewel je soms nog wel een beetje tijd aan je studie wijdt, ben jij voornamelijk je avonden elders dan de UB aan het spenderen.
Meeste b – de gemotiveerde student
Studeren – dat is waarom je student bent. En dus staat dat voor jou veruit op de eerste plek. Stappen doe je niet vaak, want je zit meestal in de UB. Vertraging oplopen: no way. Jij chillt of stapt alleen als je zeker weet dat je er ook daadwerkelijk tijd voor hebt. Je hebt dan ook een ijzeren discipline: eerst studeren, dan pas de leuke dingen. Daarvoor petje af.
Meeste c – de gezonde student
Jouw leven staat in het teken van gezondheid. Sporten, gezond eten: dat heeft voor jouw prioriteit. Studeren vind je belangrijk, en stappen doe je heel sporadisch. Ook jij hebt een ijzeren discipline – geen of bijna geen ongezond eten voor jou, en een slaapritme van hier tot tokio, dagelijks sporten en daarnaast ook nog studeren. Roken is een grote nee voor jou. Je voelt je topfit, je bent sterk met een enorme conditie.
Meeste d – de chillende student
Studeren? Huh? Moet dat? Eigenlijk ben je niet echt een student te noemen. Je brengt je dagen voornamelijk door in bed, of op de bank, achter je televisie of computer. Je bent op de hoogte van alle topseries op Netflix en bent heel goed in voetballen – op FIFA, wel te verstaan. Je studeert héél sporadisch, en gaat sowieso uitlopen met je studie. Maar ach, je geniet wel van dit chille leventje. Werken, daar moet je voorlopig echt nog niet aan denken. Het idee alleen al, hele dagen daadwerkelijk met iets bezig zijn. Verschrikkelijk.