Achtervolgd door het Spook van Fascisme
Vorig jaar in Oktober kondigde Polen een nieuwe abortuswet aan die de rechten van vrouwen nog verder zouden beperken. Toen ik dit nieuws zag, vroeg ik mij af of dit centraal-Europese land nog steeds in de Europese Unie past, en de normen en waarden van onze regio. Toen herinnerde ik Brexit, en de onrust in Frankrijk rondom politie geweld. Wellicht is een betere vraag: heeft de EU nog dezelfde normen en waarden die het eens had? Of was het allemaal een illusie?
21e-eeuws populisme
Toen de Poolse overheid aan het plannen was om een nieuwe wet in te voeren die vrijwel alle soorten abortus zou verbieden, stroomden duizenden Polen de straat op in Warschau en andere steden. Protesten en kritiek van andere landen zorgden ervoor dat de overheid hun plan uitstelde. Nu, zo’n drie maanden later, is de nationaal-conservatieve president Andrzej Duda bezig om de abortuswet alsnog door te voeren. Opnieuw zag Polen gigantische protesten. Het land heeft al ontzettend strikte abortuswetten, en deze nieuwe wet zou abortus nog verder beperken tot alleen in gevallen van direct gevaar naar de gezondheid van de moeder, incest, of verkrachting.
De democratie in Polen wordt al zo’n tien jaar ondermijnt. Dit is voornamelijk het gevolg van Prawo i Sprawiedliwość (PiS), de partij van Recht en Rechtvaardigheid, die sinds 2015 aan de macht is en op dit moment wordt vertegenwoordig door Andrzej Duda. Door hervormingen van het rechtssysteem hebben ministers meer gezag gekregen over de rechtbanken, en dus ook over de benoeming van rechters voor de Supreme Court, die de verificatie van verkiezingsuitslagen overziet. Corruptie en onbekwaamheid hebben ervoor gezorgd dat Polen niet meer een ‘sterke democratie’ is maar een ‘half-zwakke democratie‘.
Hongarije scoort nog slechter dan Polen. De extreemrechtse premier Viktor Orban, die sinds 2010 aan de macht is, is al meer dan tien jaar bezig om zijn macht te versterken en om democratische instituties te verzwakken. Dit is het duidelijkst te zien in Orbans bemoeiing met openbare universiteiten, zoals de prestigieuze Centraal Europese Universiteit, maar ook in zijn druk op onafhankelijke media en zijn controle over staatsmedia. In een fatsoenlijke democratie speelt de media een belangrijke rol in het informeren van de burgers over de werkingen van de overheid. Maar in Hongarije worden veel lokale, regionale, en landelijke media gereguleerd door de overheid en gebruikt om de oppositie zwart te maken.
Het einde van de geschiedenis?
Centraal en Oost-Europa hebben een moeizame relatie met democratie in vergelijking met West-Europa. Deze twee regios hadden namelijk een hele andere belevenis van de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog die daarop volgde. Voor de meeste West-Europese landen betekent het jaar 1945 als vrijheid van de Nazi’s, maar voor veel Oost-Europese landen volgde er ander soort bezetting. Nadat het Rode Leger had geholpen om Nazi-Duitsland te verslaan, keerde het niet zomaar terug naar de Sovjet Unie. In plaats daarvan bezette het de landen in Oost-Europa die ze net bevrijd hadden van de Nazi’s. De kloof die tussen deze twee ervaringen ontstond maakte het erg moeilijk voor deze voormalige Sovjetlanden om zich aan te sluiten bij de Europese Unie.
Bovendien waren veel landen ten oosten van het IJzeren Gordijn pas na het einde van de Koude Oorlog voor het eerst onafhankelijk staten. West-Europa stond te dringen om hun liberaal-democratische idealen te verspreiden over het continent, maar de overgang van een streng gecontroleerde dictatuur naar een open samenleving met burgerparticipatie was niet makkelijk. Westerse landen zoals Engeland, Frankrijk en Nederland hebben een lange geschiedenis in democratie en vrijheid, en hebben veel tijd gehad om democratische instituties te ontwikkelen. Je kan niet simpelweg het Westerse politieke systeem kopiëren als deze instituties niet aanwezig of sterk ontwikkeld zijn, of als de bevolking geen ervaring heeft met participatie in een democratisch systeem. In plaats daarvan krijg je onvrije democratieën zoals in Wit-Rusland, die misschien wel verkiezingen houdt, maar al meer dan 25 jaar wordt geregeerd door Alexander Lukashenko.
Ondanks dat zij vandaag achteruit gaan, verliep bij Polen en Hongarije de overgang naar democratie het best in de jaren 90, want zij hadden meer invloed van het Westen en hadden al wat ervaring met zelfbestuur. Rond dezelfde tijd geloofden veel mensen in het Westen in het idee dat geschiedenis in één lange lijn beweegt, dat het zich constant verbetert en moderniseert. Dit idee was het best te zien in een boek die in 1992 uitkwam, genaamd The End of History, waarin Francis Fukuyma veronderstelde dat het einde van de Koude Oorlog ook het einde van geschiedenis zou zijn. Elk land zou namelijk de laatste fase in ontwikkeling bereiking: de liberale democratie.
Of gewoon een nieuw hoofdstuk?
Inmiddels is het wel duidelijk geworden dat geschiedenis niet in één lijn naar een eindbestemming beweegt. Het optimisme van de jaren 90 heeft plaatsgemaakt voor iets anders, wellicht een wantrouwen in het politieke systeem, met als gevolg een opmars in populisme. Niet alleen in Oost-Europa, maar ook in het Westen, zoals ik in mijn volgende artikel zal laten zien.
Bronnen:
Jarausch, Konrad H. Out of Ashes. Princeton University Press, 2015, pp. 426-451; 694-720.
Slag aan de Donau. Geregisseerd door Jos de Putter. VPRO, 2018. https://www.vpro.nl/programmas/tegenlicht/kijk/afleveringen/2017-2018/Slag-aan-de-Donau.html.