Interview

How to: stoppen met roken

Alle waarschuwingen ten spijt rookt nog altijd ongeveer een derde van de Nederlandse bevolking en beginnen er ook altijd nog naïeve pubertjes met hun eerste hoesterige misselijksigaret op het schoolplein. En stoppen met roken is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Karin Menninga promoveerde onlangs op een nieuwe theorie over het stoppen met roken, de Leer Abstinentie Theorie (LAT). Hierin staat het leerproces van het stoppen centraal. De roker wordt op die manier langzaam omgetoverd in een niet-roker.

Stoppen met roken is dus eigenlijk een proces van vallen en opstaan en daarvan leren, vertelt Menninga. “Vaak wordt nu gezegd: vermijd situaties waarin je vroeger rookte. Ga niet naar het cafe, haal de sigaretten uit huis. Om helemaal van het roken af te komen, heb je leerervaringen nodig. Als je al die situaties uit de weg gaat, leer je er ook niet mee om te gaan.” Hoe mensen zich hierbij voelen, is een goede indicatie of ze later zullen terugvallen. “Als je er heel veel moeite mee hebt om niet te roken in bepaalde situaties, raak je steeds meer teleurgesteld en is de kans uiteindelijk groter dat je weer begint. Dus eigenlijk moet je positief denken in zo’n situatie.”

Terugval

Maar stel nou dat je van de wagen valt, tijdens je stoppoging? “Dan is het punt, hoe ga je dan verder? Nu is het vaak zo dat als mensen eenmaal terugvallen, het dan ook helemaal mislukt is. Die krijgen een houding van ‘laat maar, we proberen het volgend jaar nog wel een keer’. Het idee van de LAT is dus ook om daar meer van af te stappen en dus meer in te zien dat je aan het leren bent. Je wilt proberen te stoppen, dat is misgegaan en dat is jammer, maar je gaat het morgen gewoon nog een keer proberen. Ik krijg ook vaak de reactie: Dus u zegt dat ik gewoon door mag blijven roken? Dat is het dus niet. En het is ook heel vervelend als je terugvalt, maar de druk moet er vanaf dat het zo’n grote ramp is als je terugvalt en dat alles dan mislukt is.”

Doel

Uiteindelijk is het doel van de stoppende roker natuurlijk om helemaal van de sigaret af te komen. “De bedoeling van de theorie is dan ook dat je dat doel heel erg in zicht houdt. Dan ga je ook zien dat je langzamerhand steeds een stapje verder komt naar dat doel toe. Als je steeds progressie ziet, kun je steeds positief terugkijken op hoe je er toen voor stond in vergelijking met nu. Die feedback over je voortgang heb je ook echt nodig. Niet eens zozeer van andere mensen, hoewel dat ook wel kan helpen, maar vooral van jezelf.” Je moet jezelf vergelijken met toen je nog rookte. “Dan zeg je bijvoorbeeld: Toen ik nog rookte, was mijn conditie veel slechter, het kostte me handenvol geld, eigenlijk voelde ik me er ook niet zo heel erg lekker bij. Maar nu ik niet meer rook, kan ik de trap oplopen zonder dat ik helemaal buiten adem ben, ik houd veel geld over en ik voel me een stuk beter.”

Gestopt?

Maar wanneer ben je nou eigenlijk echt gestopt met roken? Na een dag, na een week, een jaar? “Veel mensen die net gestopt zijn zijn in hun hoofd nog gewoon roker. Die zijn daar heel erg mee bezig. Dat moet er helemaal uit. Eigenlijk ben je pas echt gestopt als je niet meer rookt en er ook niet meer in je hoofd mee bezig bent. Als je er namelijk nog wel altijd aan denkt, ben je van binnen nog wel een roker, maar doe je het gewoon even niet meer. Als je zo je hele leven door moet, wordt dat heel vermoeiend.” Volgens Menninga is het mogelijk om ‘helemaal’ van het roken af te komen en net zo weinig zin in een sigaret te hebben als iemand die nog nooit gerookt heeft. Het is echter wel ontzettend moeilijk om te stoppen met roken. “Als je een groep van honderd mensen hebt, vallen er negentig terug.” Menninga hoopt dat haar theorie kan bijdragen om in de toekomst meer mensen van het roken af te helpen. Ondertussen staat ook de rest van de wereld niet stil. De ‘Roken is dodelijk’-achtige boodschappen op pakjes sigaretten of schokkende foto’s van rokerslongen helpen bijvoorbeeld wel degelijk om roken in de maatschappij te verminderen. “Ja, het werkt wel. Het is toch wel angstaanjagend.”

Zelf houdt Menninga het onderzoek doen eerst eventjes voor gezien. Ze gaat eerst aan de slag als docent en hoopt dat anderen de LAT-methode oppakken en verder uitwerken. Zelf heeft ze nooit gerookt. “Die vraag kreeg ik ook tijdens mijn promotie, van iemand die zei: nou, dan weet u er dus niets vanaf.” Ze heeft er niet over gepeinsd om voor haar onderzoek te beginnen met roken. “Ben je gek. Dat lijkt me ook niet nodig. Er zijn ook mensen die onderzoek doen naar alcoholgebruik en die hoeven ook geen alcoholist te zijn.”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.